Taalproblemen
Soms ontwikkelt de taal van een kind wat trager dan je zou verwachten. De eerste woordjes laten op zich wachten, er worden rond 2 jaar nog geen woorden gecombineerd tot korte zinnetjes, …
Bij andere kinderen merken we een atypische taalontwikkeling. Het kind ondervindt woordvindingsmoeilijkheden, spreekt woorden verkeerd uit, begrijpt niet alles wat er gezegd wordt, heeft problemen met het juist gebruiken van klanken, kan moeilijk beurtnemen in een gesprek, … Dan spreken we van een taalontwikkelingsstoornis.
Binnen onze taaltherapie gaan we samen met de ouders op zoek naar de sterke en zwakke vaardigheden van het kind. Bij kinderen onder de 3 jaar starten we met ouderbegeleiding.
Individuele taaltherapie is al mogelijk vanaf 2 jaar. We werken op maat van het kind een therapieplan uit waarbij taalinhoud, taalvorm en taalgebruik al spelend aan bod komen.
Spraakklankproblemen
ARTICULATIEPROBLEMEN
Tijdens de spraakontwikkeling leren kinderen stap voor stap klanken vormen en uitspreken, om deze daarna ook te gebruiken in woorden. Op vijfjarige leeftijd moeten alle klanken verworven zijn.
Wanneer kinderen een bepaalde klank niet goed kunnen uitspreken, kan er een articulatieprobleem aan de basis liggen.
Wanneer ze klanken gaan vervormen, weglaten of vervangen spreken we over een fonetische articulatieprobleem.
Bij sommige kinderen is niet de productie van spraakklanken het probleem, maar wel het correct gebruiken van deze klanken bij het vormen van woorden. We spreken dan van een fonologische articulatiestoornis.
MYOFUNCTIONELE PROBLEMEN
De vormgeving van de mond en de stand van de tanden worden voor een groot deel bepaald door de functie van de spieren in en om de mond. Afwijkende mondgewoonten kunnen het evenwicht tussen die spieren onderling verstoren. Denk hierbij aan duimzuigen, een foutieve slik, mondademen, vingerzuigen of lispelen
Afwijkend mondgedrag kan leiden tot articulatieproblemen en een negatieve invloed uitoefenen op de ontwikkeling van gebits- en kaakstructuren waardoor orthodontische interventie noodzakelijk wordt. Myofunctionele therapie vergroot de kans op blijvend succes na een orthodontische behandeling.
SCHISIS
Schisis is een aangeboren opening in bovenlip, kaak en/of verhemelte. Een kind met schisis ontwikkelt zich normaal, maar zal extra medische zorg en aandacht nodig hebben. De behandeling zal naast heelkundige ingrepen (en afhankelijk van het schisistype) bestaan uit begeleiden van eventuele problemen bij het voeden (minder zuigkracht, terugvloei langs de neus), het gehoor en de spraakontwikkeling.
Leerproblemen
Bij sommige kinderen komt het leren lezen, schrijven en/of rekenen wat moeizamer op gang. Wij trachten deze kinderen te ondersteunen en te remediëren tijdens deze leerprocessen.
Wanneer er sprake is van een leerstoornis, zoals dyslexie, dysorthografie of dyscalculie, begeleiden wij naast het kind ook de ouders en de klas in het opstellen van STICORDI- maatregelen (Stimuleren, Compenseren, Remediëren, Differentiëren en Dispenseren).
Typtien
Typ 10 is voor alle andere kinderen die op een leuke, interactieve, persoonlijke methode blind willen leren typen. Het wordt aangeboden voor élk kind vanaf 9 jaar.